
Dutch Digital Agencies geeft slimme koppen uit de bureauwereld een fictief half miljoen euro om de digitale overheidsdienstverlening te verbeteren. Waar geven ze die aan uit? Deze keer: Dale Wesdorp van Miyagami .
Waarom kosten overheidsapps miljoenen terwijl bureaus beweren het voor drie ton te kunnen doen? Het antwoord zit in de complexiteit. De beste digitale systemen werken als goed ontworpen LEGO-sets: modulair, uitbreidbaar en door iedereen te gebruiken. Als technoloog die letterlijk van bouwen (ik studeerde werktuigbouwkunde) houdt, heb ik wel ideeën over de fundering die we zouden moeten leggen.
De realiteit van overheidsapps
Toen de CoronaMelder-app uitkwam, had de hele Nederlandse bureauwereld een mening. LinkedIn stond vol kritiek: "Hoe kan dat nou 23 miljoen kosten? Wij doen het voor drie ton." Wij waren ook nieuwsgierig en doken in de broncode en het proces, want die informatie stond gewoon online. En dan zie je hoe ontzettend complex het is. Een overheidsapp moet op élke telefoon werken, voor élke burger toegankelijk zijn, en uitgebreid getest worden met een brede groep gebruikers. Dat vraagt om een ontwikkelproces zonder shortcuts. Wat ogenschijnlijk een simpele app is, is eigenlijk een waanzinnige applicatie. Dus ik hield wijselijk mijn mond. Ik dacht: dat doe ik ze niet na.
LEGO-blokken voor de overheid
Als ik met die kennis nadenk over wat er efficiënter en beter kan in de digitale dienstverlening van de overheid, dan zou ik mijn half miljoen besteden aan een modulair proces en een modulaire digitale infrastructuur – een soort LEGO-bouwstenen voor de overheid. Die set is de basis, vanuit hier gaan we met z'n allen bouwen. Bij Miyagami hebben we het altijd over een minimum scalable product. Klein, modulair, wendbaar, met het idee dat je verder kunt bouwen, steeds weer innoveren.
Er zijn al goede initiatieven die uitgaan van dit gedachtegoed, zoals Common Ground, maar de implementatie gaat traag. Er zijn zoveel randvoorwaarden om rekening mee te houden dat het moeilijk is om snel tot een protocol te komen.
Verouderde systemen én verouderde aanbestedingen
Systemen die we nu innovatief vinden, zijn over 20 tot 30 jaar antiek. De Belastingdienst is daar een goed voorbeeld van: sommige systemen zijn hopeloos verouderd en er zijn geen programmeurs meer die er mee kunnen werken. We moeten dus zoeken naar een infrastructuur die solide is én kan meebewegen met de tijd. Dat is de systeemkant van het verhaal.
Dan heb je ook nog de proceskant. Overheidsaanbestedingen zijn grote projecten die moeilijk toegankelijk zijn voor kleinere bureaus. De aanbestedingen zelf kosten veel tijd en geld. Er zijn grote consultancypartijen die fulltime mensen hebben die alleen maar bezig zijn met aanbestedingen schrijven, waardoor zij de meeste opdrachten winnen. Voor ons als kleiner bureau is dat niet te doen.
Bureaus zouden zich kunnen verenigen om samen mee te dingen naar opdrachten, maar daar zit ook de paradox: het bureaulandschap is net zo versplinterd als het IT-landschap van de overheid. En dat is ook gezond: het zorgt voor niches en specialisten. Oftewel: toegevoegde waarde.
Plug-and-play
Wat zou kunnen helpen om meer diversiteit en expertise te brengen binnen overheidsprojecten is aanbestedingen opknippen in kleine stukjes. Matthias Snoei stelde het ook al voor. Er zijn goede voorbeelden van in het buitenland. In Estland worden IT-projecten modulair gemaakt, waardoor je een soort plug-and-play systeem krijgt. Kleinere partijen kunnen dan meedingen en de focus ligt meer op expertise en kwaliteit. Als een andere partij gewoon een betere fit is, maar niet mee kan doen in een grote aanbesteding omdat ze niet alles in huis hebben, dan loop je expertise ongewild mis.
Ik zie een paar basisprotocollen voor me waar iedereen zich aan moet houden (de LEGO-blokkenset). Op en met die legoblokken gaan we bouwen en aanbestedingen opknippen. Dat is waar ik mijn geld aan uitgeef: aan een stukje toekomstbestendige digitale infrastructuur dat digitaal Nederland in staat stelt om met z’n allen te bouwen.
Het gaat trouwens vooral om het proces, want je kunt niet claimen dat een technologie over veertig jaar nog steeds hot and happening is. Als we dat weten, als waarheid aannemen, hoe kun je dan een proces of protocol eromheen vormen zodat het systeem met de tijd meebeweegt? Dat is de uitdaging.
Minder gedoe, meer gemak: de LEGO-belofte
Wat leveren de LEGO-blokken op? Meer expertise en kwaliteit bij het ontwikkelen van digitale overheidsdienstverlening leidt tot een overheid die het dagelijks leven makkelijker maakt zonder zich op te dringen. Toegankelijke diensten die aansluiten bij wat mensen al gewend zijn. Snellere innovatie omdat de basis staat. Kortom: digitale producten die ieders leven verbeteren.
Een half miljoen is niet genoeg, maar het is een start voor een fundamentele verandering in hoe we denken over digitale overheidsdiensten. En die denkomslag is misschien nog wel meer waard dan het geld zelf.
Deze column is geschreven in de reeks “Wat zou je doen met een half miljoen?”, om overheidsinstellingen te inspireren hoe het óók kan.


Overzicht belangrijkste (inter)nationale industrie awards en deadlines
